Strafverzwaring bij misdaad na wanbedrijf
Het plegen van een misdaad na een wanbedrijf wordt een nieuwe vorm van wettelijke herhaling. De rechter kan hierdoor de straf voor de misdaad aanzienlijk verzwaren.
Wettelijke herhaling
Ons strafwetboek voorziet tot nu in drie gevallen van wettelijke herhaling: misdaad na misdaad,
wanbedrijf na misdaad en wanbedrijf na wanbedrijf. Nu komt daar misdaad na wanbedrijf bij.
Strafverzwaring
Deze nieuwe vorm van wettelijke herhaling kan - net als de andere vormen trouwens - aanleiding geven tot een strafverzwaring.
De rechter kan de nieuwe strafverzwaring toepassen wanneer iemand - na veroordeeld te zijn tot een gevangenisstraf van minstens één jaar - een misdaad pleegt binnen vijf jaar nadat hij zijn straf heeft ondergaan of binnen vijf jaar nadat zijn straf is verjaard.
De strafverzwaring ziet er als volgt uit:
bij een misdaad die strafbaar is met opsluiting of hechtenis van 5 tot 10 jaar kan de straf verzwaren tot een opsluiting of hechtenis van 10 tot 15 jaar;
bij een misdaad die strafbaar is met opsluiting of hechtenis van 10 jaar tot 15 jaar is een opsluiting of hechtenis van 15 tot 20 jaar mogelijk.
In principe is de rechter niet verplicht om een strafverzwaring toe te passen bij deze vorm van wettelijke herhaling. Maar er is een uitzondering: bij een misdaad die strafbaar is met opsluiting of hechtenis van 15 tot 20 jaar, moet de rechter de betrokkene veroordelen tot ten minste 17 jaar opsluiting of hechtenis.
Gevolgen
Met deze nieuwe wettelijke herhalingsgrond van misdaad na wanbedrijf kan een veroordeelde geen voordeel meer halen uit een verwijzing naar het hof van assisen indien hij al eerder correctioneel veroordeeld is.
Het hof van assisen kon immers bij een misdaad na een wanbedrijf geen strafverzwaring toepassen, wat een correctionele rechtbank wel kon ingeval de misdaad gecorrectionaliseerd werd. Dan is er immers sprake van wanbedrijf na wanbedrijf, een wettelijke vorm van herhaling waarbij strafverzwaring mogelijk is. Maar met de nieuwe wettelijke herhaling 'misdaad na wanbedrijf' kan de strafverzwaring voortaan opgelegd worden, ongeacht het rechtscollege waarvoor men verschijnt.
Een ander gevolg vinden we terug bij de voorwaardelijke invrijheidstelling. Wie zich bevindt in een staat van wettelijke herhaling, kan pas vrijkomen na twee derde van zijn straf. Die twee derde-regel geldt nu dus ook voor wie veroordeeld is voor een wanbedrijf en daarna een misdaad pleegt, aangezien dit nu ook een vorm van wettelijke herhaling is.
Inwerkingtreding
De nieuwe wet van 5 mei 2019 treedt in werking op 7 juni 2019.
Bron: Wet van 5 mei 2019 tot invoeging van een artikel 55bis in het Strafwetboek, wat de herhaling betreft, BS 28 mei 2019