Vlaanderen heeft nieuw Kunstendecreet met tal van nieuwe subsidies en vereenvoudigde procedures
Op 1 januari 2022 treedt het nieuwe Vlaamse Kunstendecreet in werking. Dat voorziet in de ondersteuning van verschillende types actoren die professioneel actief zijn in de kunstensector, via diverse (deels nieuwe) subsidie-instrumenten zoals beurzen, projectsubsidies, internationale subsidies en werkingssubsidies. Om de administratieve last te vereenvoudigen zijn tal van procedures vereenvoudigd en werden beoordelingscriteria aangepast. Het decreet voorziet ook in een kader voor het kunstverwervingsbeleid voor de collectie van de Vlaamse Gemeenschap en geeft een aantal organisaties specifieke kerntaken om de doelstelling van het decreet - namelijk ?de bloei van een professioneel, kwaliteitsvol, duurzaam, maatschappelijk en cultureel divers kunstenlandschap stimuleren, de internationale samenwerking en uitwisseling van de kunsten bevorderen en haar maatschappelijke inbedding vergroten?- op een efficiënte manier te kunnen realiseren.
Derde beleidskader
Het nieuwe decreet is het derde beleidskader voor professionele kunsten sinds de introductie van het eerste Kunstendecreet in 2004. Dat decreet werd doorheen de jaren verschillende keren gewijzigd en volledig herzien met het Kunstendecreet van 13 december 2013 als resultaat. Na een laatste aanpassing van dat kader is nu opnieuw gekozen voor een volledige herziening en een volledig nieuw decreet. Dat bouwt verder op de opgedane ervaringen met behoud van de basisprincipes. Maar let wel: het Kunstendecreet is niet het enige beleidskader voor de professionele kunsten in de Vlaamse Gemeenschap. Zo biedt bijvoorbeeld het Decreet Kunst in Opdracht van 1 maart 2009 een belangrijk kader voor rechtstreekse steun aan professionele kunstenaars in de vorm van het verlenen van sitespecifieke creatieopdrachten naar aanleiding van de bouw of verbouwing van overheidsgebouwen of door de overheid gesubsidieerde gebouwen.
Nieuwigheden
Met het nieuwe decreet wil Vlaanderen onder meer
een bijkomende focus leggen op landschapszorg. Hiervoor introduceert de decreetgever een aantal nieuwe hefbomen in de beoordeling van subsidiedossiers. Zo wordt voortaan gewerkt met vaste subsidiebudgetten per discipline en zijn de verschillende disciplines richtinggevend voor de verdeling van de dossiers per beoordelingscommissie bij de beoordeling van aanvragen voor beurzen, projectsubsidies en werkingssubsidies. Net zoals in de vorige decreten blijft de kwaliteit van het initiatief of de werking doorslaggevend om subsidies te kunnen krijgen. Daarvoor zijn er bij alle subsidie-instrumenten een reeks dossiergebonden beoordelingscriteria opgenomen. Nieuw is evenwel dat bij de beoordeling van projectsubsidies en werkingssubsidies ook de relevantie van het initiatief of de werking voor het kunstenlandschap mee in overweging wordt genomen.
de dynamiek binnen het kunstenecosysteem blijven garanderen door een percentage van het budget aan kortlopende subsidies te besteden
kunstenaars volop de kans geven om hun praktijk te ontwikkelen via tal van nieuwe subsidie-instrumenten. Het nieuwe decreet voorziet bijvoorbeeld rechtstreekse subsidiemogelijkheden voor kunstenaars in de vorm van projectsubsidies en beurzen.
internationalisering stimuleren, specifiek wat betreft het opbouwen en verstevigen van internationale vernetwerking en het uitbreiden van (internationale) presentatiemogelijkheid. In dit kader voorziet het decreet bijvoorbeeld het nieuwe subsidie-instrument ?internationaal presentatieproject?.
een groep van grotere kunsthuizen een langdurig subsidieperspectief bieden en hen een overeenkomst met de Vlaamse overheid laten aangaan
de toepassing van de principes ?fair practices? en ?integriteit? binnen de kunstensector stimuleren. De principes van fair practices en integriteit zullen als beoordelingscriterium worden getoetst bij aanvragen voor projectsubsidies en werkingssubsidies. De Vlaamse Regering heeft de mogelijkheid om nog nader te bepalen aan welke voorwaarden een aanvrager moet voldoen of welke documenten een aanvrager moet onderschrijven in verband met de principes van fair practices en integriteit
de procedures optimaliseren met aandacht voor proportionaliteit en planlastenvermindering zowel op het vlak van de aanvraag en de beoordeling als op gebied van verantwoording om zo tot een betere kwaliteitsbeoordeling van aanvraagdossiers te komen. Het decreet verankert alvast de basisprincipes, de uitwerking ervan wordt gedelegeerd aan de Vlaamse Regering.
de regelgeving beter laten aansluiten met andere cultuurdecreten.
1 januari 2022
Het nieuwe Kunstendecreet treedt in werking op 1 januari 2022, maar hierop bestaan uitzonderingen. Onder meer met betrekking tot een aantal gemeenschappelijke subsidiebepalingen (art. 7-9) en de bepalingen m.b.t. de werkingssubsidies (art. 48-74) die al op 1 november 2021 in werking treden.
Bovendien zijn er overgangsregels. Zo moeten kunstenorganisaties die op 15 september 2021 een aanvraag indienen voor een projectsubsidie op basis van het Kunstendecreet van 2013 en op 1 december 2021 een werkingssubsidie aanvragen voor de beleidsperiode 2023-2027 in het kader van het nieuwe Kunstendecreet, moeten de aanvraag van de projectsubsidie beperken tot een looptijd van maximaal 1 jaar.
Een kunstenorganisatie met een toegekende werkingssubsidie voor de periode 2017-2022, kan geen aanvraag indienen voor projectsubsidies op 15 september 2021.
Bron: 23 APRIL 2021. - Decreet over de ondersteuning van de professionele kunsten, BS 10 juni 2021, bl. 57758.