KB op de Levensverzekeringen volgt nieuw regime voor seksediscriminatie
Het Grondwettelijk Hof heeft op 30 juni 2011 een wet vernietigd die discriminatie tussen vrouwen en mannen bij levensverzekeringen mogelijk maakte. Daarom heeft de wetgever de nodige aanpassingen moeten doorvoeren binnen de Antidiscriminatiewet van 10 mei 2007. Nu wordt ook het KB op de Levensverzekeringen aangepast aan die nieuwe situatie.
KB op de Levensverzekeringen
Het Grondwettelijk Hof heeft in 2011 besloten dat discriminatie tussen vrouwen en mannen bij levensverzekeringen niet langer toegestaan is. Het Europees Hof van Justitie had immers geoordeeld dat in de Europese Unie de laatste verschillen tussen verzekeringspremies voor mannen en vrouwen moesten verdwijnen.
Daarop werd de wet van 21 december 2007, die die discriminatie bij levensverzekeringen mogelijk maakte, volledig vernietigd. De gevolgen van die wet bleven maar van kracht tot 21 december 2012, en toch is de noodzakelijke wijzigingswet pas op 25 januari 2013 in het Staatsblad verschenen.
Om juridische onzekerheid te vermijden, heeft de wijzigingswet van 19 december 2012 de Antidiscriminatiewet met terugwerkende kracht in overeenstemming gebracht met de rechtspraak van het Grondwettelijk Hof en het Europees Hof van Justitie.
De wet van 19 december heeft Richtlijn 2004/113 namelijk omgezet, ?ten gevolge van het arrest C-236/09 van het Hof van Justitie van de Europese Unie van 1 maart 2011'. En nu past een KB van 29 januari 2013 het KB op de Levensverzekeringen op zijn beurt aan aan de Europese rechtspraak. Dit is eveneens een omzetting van Richtlijn 2004/113, ?ten gevolge van het arrest C-236/09 van het Hof van Justitie van de Europese Unie van 1 maart 2011'.
Wijzigings-KB
Het wijzigings-KB van 29 januari 2013 past een paar bepalingen over tarifering aan in het KB op de Levensverzekeringen. Dit impliceert onder andere dat men voortaan ook hier verwijst naar de ?nieuwe overeenkomsten' die op of na 21 december 2012 worden gesloten. De aanpassingen lopen dan ook parallel met de wijzigingswet van 19 december 2012.
Met ingang van 21 december 2012 gelden volgende principes voor de tarifering:
Verrichtingen van het type leven
Voor verrichtingen van het type leven zijn de overlevingskansen voortaan niet kleiner dan:
voor de verrichtingen waarvan het risico in België gelegen is, die welke voortvloeien uit: de referentietafel XR, voor de nieuwe overeenkomsten die op of na 21 december 2012 worden gesloten en waarvoor een onderscheid op grond van het geslacht niet toegelaten is volgens de Antidiscriminatiewet. Hetzelfde geldt voor de nieuwe overeenkomsten die op of na 21 december 2012 worden gesloten, waarvoor een onderscheid op grond van het geslacht toegelaten is, maar niet wordt toegepast; de referentietafels MR of FR, naargelang de verzekerde van het mannelijke of het vrouwelijke geslacht is, voor de andere overeenkomsten;
voor de verrichtingen waarvan het risico in het buitenland gelegen is, de overlevingskansen die door de wetgeving van het land van het risico aan zijn eigen verzekeringsondernemingen opgelegd worden of, bij ontstentenis, de overlevingskansen die overeenstemmen met de sterfte van dat land.
Verrichtingen van het type overlijden
Voor de verrichtingen van het type overlijden zijn de sterftekansen niet kleiner dan:
voor de verrichtingen waarvan het risico in België gelegen is, die welke voortvloeien uit:de referentietafels XK, voor de nieuwe overeenkomsten die op of na 21 december 2012 worden gesloten en waarvoor een onderscheid op grond van het geslacht niet toegelaten is. Hetzelfde geldt voor de nieuwe overeenkomsten die op of na 21 december 2012 worden gesloten, waarvoor een onderscheid op grond van het geslacht toegelaten is, maar niet wordt toegepast; de referentietafels MK of FK, naargelang de verzekerde van het mannelijke of het vrouwelijke geslacht is, voor de andere overeenkomsten;
voor de verrichtingen waarvan het risico in het buitenland gelegen is, de sterftekansen die door de wetgeving van het land van het risico aan zijn eigen verzekeringsondernemingen opgelegd worden of, bij ontstentenis, de sterftekansen die overeenstemmen met de sterfte van dat land.
Voor de omschrijving van het begrip ?nieuwe overeenkomst' verwijst men naar de Antidiscriminatiewet, zoals gewijzigd door de wet van 19 december 2012.
De referentietafels worden bepaald met de formule en de constanten die opgenomen zijn in bijlage bij het KB van 29 januari 2013.
Wijzigingswet
De wijzigingswet van 19 december 2012 heeft artikel 10 van de Antidiscriminatiewet vervangen met ingang van 21 december 2012.
Binnen de nieuwe regeling grijpt de wetgever terug naar een ?proportioneel direct onderscheid op grond van het geslacht'. Dit onderscheid is namelijk toegestaan voor de bepaling van verzekeringspremies en -prestaties in levensverzekeringsovereenkomsten die uiterlijk op 20 december 2012 werden afgesloten, en op voorwaarde dat het geslacht een bepalende factor is bij de beoordeling van de risico's.
Tegelijk werd artikel 12 van diezelfde Antidiscriminatiewet aangevuld. Op die manier heeft de wetgever preciseringen aangebracht in het verantwoordingssysteem voor het directe onderscheid op grond van geslacht, voor bepaalde contracten of regelingen die onder het begrip ?aanvullende regeling voor sociale zekerheid? vallen. Deze contracten of regelingen werden immers ook beïnvloed door het arrest van het Hof van Justitie.
Discriminatie
Zoals gezegd, gaat aan de wet van 19 december 2012 een geschiedenis vooraf.
Richtlijn uit 2004/113 verbiedt namelijk discriminatie tussen mannen en vrouwen voor verzekeringen. Maar tegelijk laat die richtlijn uitzonderingen toe. Een wet van 21 december 2007 heeft van die mogelijkheid gebruik gemaakt om een proportioneel direct onderscheid op grond van het geslacht toe te laten als het geslacht een bepalende factor is bij de beoordeling van het risico.
Daarop stapte Test-Aankoop naar het Grondwettelijk Hof om de wet van 21 december 2007 te laten vernietigen. En de consumentenorganisatie haalde haar slag thuis.
In een antwoord op twee prejudiciële vragen, heeft het Europees Hof van Justitie op 1 maart 2011 immers besloten dat in heel de Europese Unie de laatste verschillen tussen verzekeringspremies voor mannen en vrouwen moeten verdwijnen.
Dit betekent dat de uitzonderingsbepaling in Richtlijn 2004/113, die als basis diende voor de wet van 21 december 2007, zelf ongeldig is sinds 21 december 2012. Het Grondwettelijk Hof volgt die zienswijze in zijn arrest, en dus moest de Belgische wetgever in actie komen. Het resultaat van die oefening is de wijzigingswet van 19 december 2012.
In werking
Het KB van 29 januari 2013 treedt in werking op 21 december 2012.
Bron: Koninklijk besluit van 29 januari 2013 tot wijziging van het koninklijk besluit van 14 november 2003 betreffende de levensverzekeringsactiviteit, BS 8 februari 2013
Zie ook:
? Koninklijk besluit van 14 november 2003 betreffende de levensverzekeringsactiviteit, BS 14 november 2003 (art. 24 van het KB op de Levensverzekeringen)
? Wet van 19 december 2012 tot wijziging van de wet van 10 mei 2007 ter bestrijding van discriminatie tussen vrouwen en mannen wat het geslacht op het gebied van goederen en diensten en van aanvullende regelingen voor sociale zekerheid betreft, BS 25 januari 2013
? Wet van 21 december 2007 tot wijziging van de wet van 10 mei 2007 ter bestrijding van discriminatie tussen vrouwen en mannen wat betreft het geslacht in verzekeringsaangelegenheden, BS 31 december 2007
? Arrest 116/2011 - Wet van 21 december 2007 tot wijziging van de wet van 10 mei 2007 ter bestrijding van discriminatie tussen vrouwen en mannen wat betreft het geslacht in verzekeringsaangelegenheden - Vernietiging - Handhaving van de gevolgen