Nieuwe regels voor duurzaam gebruik van pesticiden

Met het KB van 19 maart 2013 zet ons land een deel van de pesticidenrichtlijn om in Belgisch recht. Het KB bevat maatregelen voor een duurzaam gebruik van gewasbeschermingsmiddelen en toevoegingsstoffen, zoals onder meer het verbod om te spuiten vanuit de lucht, specifieke maatregelen voor de bescherming van het aquatische milieu en het drinkwater, de invoering van fytolicenties voor professioneel gebruik, distributie of voorlichting van producten, en regels voor de opslag van pesticiden.

Spuiten vanuit de lucht

Spuiten vanuit de lucht is verboden.
De minister kan afwijkingen op dit verbod toestaan mits er aan bepaalde voorwaarden wordt voldaan. Zo mag er geen ander haalbaar alternatief mogelijk zijn, de gebruikte pesticiden moeten goedgekeurd zijn door het Erkenningscomité, alleen een helikopter met goedgekeurde spuitapparatuur (vanaf 2013 met beste techniek voor vermindering verwaaiende sproeinevel) komt in aanmerking, het te besproeien gebied mag niet in de buurt liggen van een woongebied en moet ten minste 3 ha groot zijn, er is een voorafgaande goedkeuring nodig van de minister op advies van het Erkenningscomité, enz.

Bescherming aquatische milieu en drinkwater

Het Erkenningscomité stelt bij het verlenen van de toelating voor het op de markt brengen van pesticiden maatregelen vast om het aquatische milieu en de voorziening van drinkwater te beschermen tegen het effect ervan.

Het gaat hier onder meer om maatregelen:

waardoor het risico van vervuiling buiten het behandelde terrein als gevolg van verwaaiende spuitnevel, uitspoeling en afspoeling tot een minimum wordt beperkt (o.a. afbakenen bufferzones);

voor een beperkt gebruik of het niet-gebruiken van pesticiden op en langs wegen, spoorwegen, zeer doorlaatbare oppervlakken en andere infrastructuur in de nabijheid van oppervlakte-, grond- of kustwater en op verharde oppervlakken waar een groot risico van afspoeling naar oppervlaktewateren of rioleringssystemen bestaat.

Hantering, opslag pesticiden en behandeling verpakkingen

Volgende verrichtingen van professionele en niet-professionele gebruikers en distributeurs mogen de menselijke gezondheid (incl. de voedselveiligheid) niet in gevaar brengen:

de opslag, hantering, verdunning en vermenging van producten vooraleer ze gebruikt worden;

de hantering van verpakkingen en restanten van producten. Bij gebruik van vloeibare producten moeten de zorgvuldig geledigde verpakkingen met voldoende water worden gespoeld;

de verwijdering van tankmengsels die overblijven na gebruik. Tankmengsels die overblijven mogen circa tien maal worden verdund en toegepast op het al behandelde oppervlak volgens de gebruiksvoorschriften. Om overschotten van tankmengsels te vermijden, moet de benodigde hoeveelheid spuitvloeistof nauwkeurig berekend worden.

Risico's in specifieke gebieden

Bij het verlenen van de toelating voor het op de markt brengen van een product kan de toegang in recent behandelde gebieden, op basis van de resultaten van risicobeoordelingen, geminimaliseerd of verboden worden. Het kan zijn dat behandelde percelen of ruimten pas na een bepaalde tijd opnieuw mogen betreden worden. Behandelde percelen of ruimten betreden zonder geschikte beschermingskledij kan ten vroegste als de spuitvloeistof volledig is opgedroogd.

Fytolicentie

Distributie

Vanaf 25 november 2015 moeten distributeurs (groot- en detailhandelaars, verkopers, leveranciers) beschikken over:

ofwel een fytolicentie ?Distributie/Voorlichting?, voor producten voor professioneel gebruik,

ofwel een fytolicentie ?Distributie/Voorlichting producten voor niet-professioneel gebruik? of ?Distributie/Voorlichting?, voor producten voor niet-professioneel gebruik.

Per verkooppunt moet slechts één persoon over zo'n licentie beschikken.

Producten voor professioneel gebruik mogen enkel verkocht worden aan houders van een fytolicentie ?Professioneel gebruik' of ?Distributie/Voorlichting'. Ze mogen enkel afgehaald worden door een meerderjarige die daartoe de opdracht kreeg van zo'n fytolicentiehouder.

Bij elke verkoop van een product voor professioneel gebruik houdt de distributeur volgende gegevens bij:

de datum;

de naam en de hoeveelheid van het product voor professioneel gebruik;

de identiteit en het nummer van de fytolicentie van de fytolicentiehouder (koper);

de naam van de onderneming voor wie de fytolicentiehouder de producten voor professioneel gebruik aankoopt;

de handtekening, identiteit en woonplaats van de meerderjarige persoon die de producten voor professioneel gebruik voor de fytolicentiehouder aankoopt.

Voorlichting

Distributeurs van producten voor professioneel gebruik en producten voor niet-professioneel gebruik moeten vanaf 25 november 2015 voldoende voorlichters in dienst hebben. Die moeten in hun verkooppunten aanwezig zijn om klanten te informeren over het gebruik van de producten, de risico's voor de menselijke gezondheid en het milieu, en de veiligheidsinstructies voor de omgang met die risico's.
Ook deze voorlichters moeten in het bezit zijn van de nodige fytolicentie.

Professioneel gebruik

Producten voor professioneel gebruik worden uitsluitend gebruikt door professionele gebruikers met een fytolicentie ?Assistent professioneel gebruik', ?Professioneel gebruik' of ?Distributie/Voorlichting'.

Houders van een fytolicentie ?Assistent professioneel gebruik' gebruiken producten voor professioneel gebruik uitsluitend onder het gezag van een houder van een fytolicentie ?Professioneel gebruik' of ?Distributie/Voorlichting', die een verklaring opmaakt in tweevoud die wordt gedagtekend en ondertekend door beide partijen. Het origineel van deze verklaring is voor de houder van de fytolicentie ?Assistent professioneel gebruik'.

Professionele gebruikers houden voor producten registers bij. Ze moeten de identiteit en de woonplaats kunnen opgeven van de persoon voor rekening van wie een product werd gebruikt.

Aanvraag, toekenning en vernieuwing fytolicentie

Het KB van 19 maart 2013 bevat ook de voorwaarden voor de aanvraag, toekenning en vernieuwing van een fytolicentie. De aanvrager van een fytolicentie moet onder meer een grondige kennis bezitten van een aantal onderwerpen (bv. methoden om namaakprodukten te kunnen identificeren), en slagen in een examen daarover.
Wie een fytolicentie wil aanvragen of laten vernieuwen, moet zich hiervoor richten tot de FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu. Een fytolicentie wordt toegekend voor zes jaar; ze kan een onbeperkt aantal keer worden vernieuwd voor telkens zes jaar. De minister kan de fytolicentie intrekken.

Opslag produkten

Producten voor niet-professioneel gebruik worden opgeslagen in een ruimte die droog, goed verlucht, proper en goed onderhouden is. Ze moet zodanig ingericht zijn dat de goede bewaring van de opgeslagen producten is verzekerd.

Professionele gebruikers, distributeurs en voorlichters slaan producten voor professioneel gebruik op in een lokaal dat, of een kast die voldoet aan volgende voorwaarden:

het lokaal of de kast is droog, goed verlucht, proper en goed onderhouden. De inrichting is doelmatig, zodat een goede bewaring van de opgeslagen producten is verzekerd;

het lokaal of de kast is op slot;

de toegang tot het lokaal of de kast wordt voorzien van:de tekst, ?verboden toegang voor onbevoegden? en gelijkwaardig symbool; een geschikt gevaarsymbool; de identiteit en contactgegevens van de beheerder van het lokaal of de kast.

Geneesmiddelen, voedingsstoffen, eetwaren, diervoeders of andere middelen die bestemd zijn om te worden opgenomen door mens of dier worden niet opgeslagen in het lokaal of de kast.

Het lokaal of de kast is uitsluitend toegankelijk voor:

houders van een fytolicentie ?Assistent professioneel gebruik?, ?Professioneel gebruik? of ?Distributie/Voorlichting?;

andere personen, mits aanwezigheid van minstens één in het vorige punt bedoelde persoon, waarbij geldt dat in verkooppunten de producten voor professioneel gebruik niet toegankelijk zijn voor niet-professionele gebruikers.

Bescherming werknemers

Werkgevers moeten de nodige maatregelen nemen om hun werknemers te beschermen:

Wat betreft produkten:producten in hun oorspronkelijke verpakking behouden; werknemers die bij de behandeling met producten zijn betrokken of aan de werking van producten kunnen blootstaan, minstens de beschermingsuitrusting bezorgen die vermeld is op de verpakking, op het op de verpakking bevestigde etiket of op de bijsluiter; elk werktuig, voorwerp of voertuig dat een bezoedeling door een product vertoont, na gebruik van een product reinigen om de risico?s voor de gezondheid en de veiligheid van de werknemers op te heffen of tot een minimum te verkleinen, enz.

Voor producten voor professioneel gebruik waarvan de erkenningsakte vermeldt dat gebruik uitsluitend is toegelaten voor de houders van de fytolicentie ?Specifiek professioneel gebruik?:het gebruik en de behandeling van deze producten enkel toevertrouwen aan personen met een fytolicentie ?Specifiek professioneel gebruik?; de bewaring van deze producten enkel toevertrouwen aan personen met een fytolicentie ?Specifiek professioneel?gebruik? of ?Distributie/Voorlichting?; werknemers zonder fytolicentie ?Specifiek professioneel gebruik? of ?Distributie/Voorlichting? verbieden deel te nemen aan de werkzaamheden, en de kans op blootstelling aan de gevaren die deze producten eigen zijn, opheffen of tot een minimum herleiden.

Overgangsbepalingen

De Regering voorziet een overgangsperiode van 1 september 2013 tot 31 augustus 2015.

De begindatum van de fytolicenties die worden aangevraagd gedurende de overgangsperiode, is 25 november 2015.

De geldigheidsduur bedraagt:

zeven jaar voor de fytolicenties aangevraagd in de periode 1 september 2013 tot en met 31 augustus 2014;

zes jaar voor de fytolicenties aangevraagd in de periode 1 september 2014 tot en met 28 februari 2015;

vijf jaar voor de fytolicenties aangevraagd in de periode 1 maart 2015 tot en met 31 augustus 2015.

De Regering voorziet ook een overgangsregime voor:

de erkenningen als ?erkend verkoper?, ?erkend gebruiker?, en ?speciaal erkend gebruiker?;

aanvragen van een fytolicentie ?Distributie/Voorlichting?, ?Distributie/Voorlichting producten voor niet-professioneel gebruik? en ?Assistent professioneel gebruik? of ?Professioneel gebruik?.

In werking

Het KB van 19 maart 2013 treedt in werking op 26 april 2013.

Dit met uitzondering van:

de artikelen 12 tot en met 30 (distributie, voorlichting, professioneel gebruik en opslag van produkten) en,

de artikelen 40 tot en met 44 (aanvraag, hernieuwing en intrekking fytolicenties)

de artikelen 46 en 47 (opheffing MB van 4 mei 1977 en MB van 5 januari 1977),

die in werking treden op 25 november 2015.

Bron: Koninklijk besluit van 19 maart 2013 ter verwezenlijking van een duurzaam gebruik van gewasbeschermingsmiddelen en toevoegingsstoffen, BS 16 april 2013 (ed. 2), 23.383.

Zie ook:
Richtlijn 2009/128/EG van het Europees Parlement en de Raad van 21 oktober 2009 tot vaststelling van een kader voor communautaire actie ter verwezenlijking van een duurzaam gebruik van pesticiden, Pb.L. 24 november 2009, afl. 309, 71 (pesticidenrichtlijn).