Vrijstelling van successierechten bij wettelijke terugkeer
De Vlaamse overheid voert via het decreet van 6 december de vrijstelling van successierechten in bij een wettelijke terugkeer in de zin van artikel 747 van het Burgerlijk Wetboek. Daardoor kan, indien een kinderloos kind eerder dan zijn ouders overlijdt, de schenking naar de ouders terugkeren zonder dat zij successierechten moeten betalen op de waarde van het aandeel. Voorwaarde is wel dat de schenking geregistreerd is in een staat van de Europese Economische Ruimte (EER). De vrijstelling geldt vanaf 24 januari 2014.
Vrijstelling van successierechten bij wettelijke terugkeer
Vanaf 24 januari 2014 wordt van het recht van successie en van het recht van overgang bij overlijden vrijgesteld, de waarde van de zaken die ascendenten verkrijgen uit de nalatenschap van de erflater, indien cumulatief aan volgende voorwaarden is voldaan (nieuw art. 55quinquies, Vl.W.Succ.; art. 2, decreet van 6 december 2013):
de zaken werden door die ascendenten onder levenden aan de erflater geschonken voor diens overlijden;
de zaken bevinden zich nog in natura in de nalatenschap of hiervoor is, indien zij werden vervreemd, nog een schuldvordering in de nalatenschap aanwezig;
de erflater is zonder nakomelingen gestorven.
De vrijstelling is slechts van toepassing indien in de aangifte van nalatenschap uitdrukkelijk om deze toepassing wordt verzocht.
Wettelijke terugkeer in het burgerlijk recht
Artikel 747 van het Burgerlijk Wetboek bepaalt dat bloedverwanten in de opgaande lijn, met uitsluiting van alle anderen, de zaken ze hebben geschonken aan hun kinderen of afstammelingen die zonder nakomelingschap zijn gestorven, erven, als de geschonken zaken nog in natura aanwezig zijn in de nalatenschap.
Als de zaken zijn vervreemd, krijgen de bloedverwanten in opgaande lijn de prijs die daarvoor nog verschuldigd mocht zijn. Zij erven ook de rechtsvordering tot terugneming die de begiftigde mocht hebben.
In het burgerlijk recht bestaat de zgn. 'wettelijke terugkeer' voor dergelijke zaken.
Aangezien de goederen die terugkeren, deel uitmaken van de anomale nalatenschap van de vooroverleden begunstigde en er daarvoor in het Wetboek der Successierechten geen vrijstelling was opgenomen, betaalden de erfgenamen in opgaande lijn daarop successierechten.
Dat is niet het geval als de schenker een schenkingsakte opstelt waarin hij een 'conventioneel beding van terugkeer' opneemt, wat eigenlijk een uitdrukkelijk ontbindende voorwaarde van de schenking is in geval van vooroverlijden van de begunstigde (al dan niet zonder afstammelingen).
De nieuwe vrijstelling in de successierechten zorgt ervoor dat de waarde van de zaken die geschonken werden en die ingevolge artikel 747 van het Burgerlijk Wetboek terugkeren naar de in dit artikel bepaalde erfgenamen, niet aan de successierechten worden onderworpen. De vrijstelling van successierechten is enkel van toepassing in de gevallen van terugkeer zoals bepaald in artikel 747 van het Burgerlijk Wetboek of in een gelijksoortige bepaling die geldt in een EER-staat. De schenking van de goederen die na het overlijden terugkeren, moet wel geregistreerd worden binnen een EER-staat. Het registratiebewijs moet bij de aangifte van nalatenschap gevoegd worden en in de aangifte moet ook uitdrukkelijk om de toepassing van de vrijstelling verzocht worden.
In werking
Het decreet van 6 december 2013 treedt in werking op 24 januari 2014, tien dagen na zijn publicatie in het Belgisch Staatsblad.
Bron: Decreet van 6 december 2013 houdende wijziging van het Wetboek der Successierechten, wat de wettelijke terugkeer betreft, BS 14 januari 2014 (Vlaamse overheid).
Zie ook:
- Wetboek der Successierechten (Vl.W.Succ.) - nieuw art. 55quinquies.
- Burgerlijk Wetboek - artikel 747.