Btw op elektronische diensten vanaf 1 januari 2015: correctie in 'gemeenschappelijk elektronisch bericht'
Vanaf 1 januari 2015 worden telecommunicatie-, omroep- en elektronische diensten die een dienstverstrekker verleent aan een niet-btw-plichtige afnemer, geacht plaats te vinden daar waar de afnemer van de dienst gevestigd is, als de dienstverrichter binnen de EU maar buiten de lidstaat van verbruik is gevestigd.
Voor deze diensten zal er vanaf 1 januari 2015 in alle lidstaten een éénloketsysteem beschikbaar zijn (in België: Mini One Stop Shop (MOSS); registratie mogelijk sinds 1 oktober 2014). Hiermee zal de dienstverstrekker in één lidstaat zijn registratieverplichtingen in de verschillende lidstaten kunnen nakomen, én de btw kunnen betalen voor de diensten waarop hij in andere lidstaten btw verschuldigd is.
Uitvoeringsverordening (EU) nr. 815/2012 bevat technische details voor:
de uitwisseling van identificatiegegevens tussen de lidstaten, en
het verzamelen en uitwisselen van gegevens in de btw-aangifte (incl. correcties op deze btw-aangiften) tussen de lidstaten.
De gegevensuitwisseling gebeurt via het CCN/CSI-netwerk en het 'gemeenschappelijk elektronisch bericht'.
Via de publicatie van een rectificatie bij uitvoeringsverordening (EU) nr. 815/2012 corrigeert de Europese Commissie een foutje in de gegevens van het 'gemeenschappelijk elektronisch bericht' dat als Bijlage I bij deze uitvoeringsverordening zit.
Versturen identificatiegegevens
De lidstaat van identificatie stuurt volgende informatie via het CCN/CSI-netwerk naar de andere lidstaten:
identificatiegegevens van de btw-plichtige die de niet-Unieregeling gebruikt (afdeling 2, hoofdstuk 6, titel XII, richtlijn 2006/112/EG);
vergelijkbare identificatiegegevens van de btw-plichtige die de Unieregeling gebruikt (afdeling 3, hoofdstuk 6, titel XII, richtlijn 2006/112/EG);
een toegekend identificatienummer.
Rectificatie gemeenschappelijk elektronisch bericht
De lidstaat van identificatie gebruikt het gemeenschappelijk elektronisch bericht, dat als bijlage I bij uitvoeringsverordening (EU) nr. 815/2012 zit, om bovenstaande informatie te verzenden. De kolommen B en C van het bericht worden respectievelijk gebruikt voor de niet-Unieregeling en voor de Unieregeling.
In 'Kolom C (Unieregeling)' van dit gemeenschappelijk elektronisch bericht moet de lidstaat van identificatie in de rij van 'vak nr. 20' aanduiden of de ?indicator of de belastingplichtige een btw-groep is? en niet of de ?indicator of belastingplichtige deel uitmaakt van een btw-groep?, zoals verkeerd vermeld stond.
Het volstaat dat de lidstaat van indicatie hierop simpelweg 'ja' of 'neen' antwoordt.
Ter herinnering:
De lidstaat van identificatie gebruikt het gemeenschappelijk elektronisch bericht dat in bijlage II bij de uitvoeringsverordening (EU) nr. 815/2012 zit, om de andere lidstaten via het CNN/CSI-netwerk op de hoogte te brengen als de btw-plichtige:wordt uitgesloten van een van de bijzondere regelingen;
vrijwillig het gebruik van een van de bijzondere regelingen beëindigt;
de lidstaat van identificatie binnen de Unieregeling wijzigt.
De btw-plichtige dient de btw-aangiften in bij de lidstaat van identificatie met het gemeenschappelijk elektronisch bericht dat als bijlage III bij uitvoeringsverordening (EU) nr. 815/2012 is opgenomen. Ook hier worden de kolom B en C van het bericht respectievelijk gebruikt voor de niet-Unieregeling en voor de Unieregeling.
In werking
De uitvoeringsverordening (EU) nr. 815/2012 van de Commissie van 13 september 2012 trad in werking op 4 oktober 2012.
Ze is van toepassing vanaf 1 januari 2015.
Bron: Rectificatie van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 815/2012 van de Commissie van 13 september 2012 tot vaststelling van nadere bepalingen voor de toepassing van Verordening (EU) nr. 904/2010 van de Raad wat betreft bijzondere regelingen voor niet-gevestigde belastingplichtigen die telecommunicatie-, omroep- of elektronische diensten verrichten voor niet-belastingplichtigen PB.L. 18 oktober 2014, afl. 300, p. 72.
Bron: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 815/2012 van de Commissie van 13 september 2012 tot vaststelling van nadere bepalingen voor de toepassing van Verordening (EU) nr. 904/2010 van de Raad wat betreft bijzondere regelingen voor niet-gevestigde belastingplichtigen die telecommunicatie-, omroep- of elektronische diensten verrichten voor niet-belastingplichtigen, PB.L. 14 september 2012, afl. 249, 3.
Zie ook:
- Verordening nr. 904/2010/EU van de Raad van 7 oktober 2010 betreffende de administratieve samenwerking en de bestrijding van fraude op het gebied van de belasting over de toegevoegde waarde, Pb.L. 12 oktober 2010, afl. 268; Err. Pb.L. 27 januari 2012, afl. 24.
- Richtlijn 2006/112/EG van de Raad van 28 november 2006 betreffende het gemeenschappelijke stelsel van belasting over de toegevoegde waarde, Pb.L. 11 december 2006, afl. 347; Err. Pb.L. 20 december 2007, afl. 335.