Opnieuw 2 jaar uitstel voor elektronische procesvoering (art. 20-22 Justitie I)

De elektronische procesvoering bij Justitie is nog maar eens met 2 jaar uitgesteld. Dit keer tot 1 januari 2017.

Op 1 januari 2015 zouden de Phenixwetten - die al meegaan van in 2006 - integraal in werking treden. Maar dat is niet gebeurd. De regering moest opnieuw haar ambities bijstellen door achterstand bij de informatisering van Justitie. De 'Wet op de Elektronische Procesvoering van 10 juli 2006 en de Wet tot wijziging van sommige bepalingen van het Gerechtelijk Wetboek van 5 augustus 2006 verwijzen naar beheersstructuren die op dit moment niet meer actueel zijn'.

Het gaat om een gedeeltelijk uitstel. Heel wat wetsartikels zijn immers wel al in werking getreden de voorbije jaren.

Het uitstel is opvallend nadat minister van Justitie Koen Geens in zijn beleidsverklaring had aangegeven prioriteit te geven aan de informatisering van Justitie. In de memorie van toelichting bij de wet houdende diverse bepalingen Justitie (I) bevestigt de minister echter dat dit een van zijn hoofdbetrachtingen blijft. Hij benadrukt dat de elektronische procesvoering 'een omvangrijk project is die stapsgewijs moet worden uitgevoerd'.

Dit onderdeel van de wet houdende diverse bepalingen Justitie (I) treedt in werking op 1 januari 2015.

Bron: Wet van 19 december 2014 houdende diverse bepalingen betreffende Justitie, BS 29 december 2014. (art. 20-22)

Zie ook:
Wetsontwerp houdende diverse bepalingen betreffende Justitie, Parl. St. Kamer 2014, nr. 0683/001.
Wetsontwerp houdende diverse bepalingen betreffende Justitie, Verslag namens de Commissie voor de Justitie, Parl. St. Kamer 2014, nr. 0683/004.