Geen inobservatiestellingen meer in psychiatrische afdelingen van gevangenissen (art. 146-148 Potpourri III-wet)
Het forensisch psychiatrisch onderzoek kan binnenkort alleen nog uitgevoerd worden door forensische psychiaters. En inobservatiestellingen zullen niet meer gebeuren in de psychiatrische afdeling van de gevangenis. Enkel nog in een beveiligd klinisch observatiecentrum.
Forensisch psychiatrisch onderzoek
Onderzoeksgerechten en vonnisgerechten kunnen een internering alleen uitspreken wanneer de dader lijdt aan een geestesstoornis die zijn oordeelsvermogen of de controle over zijn daden tenietdoet of ernstig aantast. En dat moet blijken uit een forensisch psychiatrisch deskundigenonderzoek.
De deskundige moet de geestestoestand van de betrokkene beoordelen op twee momenten: op het ogenblik van de feiten en op het ogenblik van het onderzoek.
Forensisch psychiater
Het onderzoek gebeurt onder leiding en verantwoordelijkheid van een deskundige, een forensisch psychiater. Alleen psychiaters die een specifieke opleiding in de forensische psychiatrie gevolgd hebben, kunnen de titel van forensisch psychiater dragen. Maar aangezien er nog geen psychiaters zijn die die specifieke opleiding hebben afgerond, kunnen ook psychiaters die de laatste jaren 'algemeen bekend staan als bijzonder bekwaam in de forensische psychiatrie' als deskundige optreden. Zij kunnen erkend worden als forensisch psychiater zonder de specifieke opleiding te volgen.
Belangrijk is bovendien dat de arts enkel als deskundige zal kunnen optreden wanneer hij is ingeschreven in het nationaal register van gerechtsdeskundigen. Dat register komt eraan op 1 december 2016.
Toch geen cel 'uitgebreide kwaliteitsbewaking'
Normaal gezien moest er binnen de FOD Volksgezondheid een cel 'uitgebreide kwaliteitscontrole' opgericht worden. Die zou moeten controleren of de verslagen van de deskundigen - zowel inhoudelijk als vormelijk - aan de kwaliteitsnormen voldoen. De cel komt er echter niet, omdat er praktische problemen rijzen bij haar oprichting.
Vergoeding deskundige
Het honorarium van de deskundige is het honorarium voor een psychotherapeutische behandelingszitting van een geaccrediteerde psychiater.
Inobservatiestelling
Enkel wanneer de deskundige in zijn verslag aangeeft dat een inobservatiestelling nodig is kan de onderzoeksrechter of de onderzoeks- of vonnisgerechten bevelen dat de verdachte die in voorlopige hechtenis zit in observatie wordt genomen. Een onmiddellijke inobservatiestelling kan dus niet. Dat kan pas in een tweede fase, nadat de deskundige aangegeven heeft dat een inobservatiestelling nodig is.
Tegen de beslissing tot inobservatiestelling kan niet in beroep gegaan worden.
Een inobservatiestelling in een psychiatrische afdeling van de gevangenis kan niet meer. Het kan alleen nog in een beveiligd klinisch observatiecentrum. Let wel: dit observatiecentrum - dat zal komen in Haren - is er nog niet. Volgens de huidige planning moet het er uiterlijk op 1 januari 2020 zijn. Tot zolang zal er - aldus de minister van Justitie - bij zware gevallen een college van deskundigen-psychiaters aangesteld worden. Dat college zal de geestestoestand van de dader vanuit verschillende invalshoeken kunnen bekijken.
Bijstand van arts
Wie een deskundigenonderzoek moet ondergaan kan zich voortaan laten bijstaan door een arts naar keuze. Tot nu ging het om het ruimere begrip 'vertrouwenspersoon'. Maar omdat een vertrouwenspersoon ook iemand kan zijn die niet de nodige know-how heeft om de betrokkene bij te staan bij het onderzoek, kan de betrokkene voortaan alleen een beroep doen op een arts.
Tot nu kon de betrokkene ook kiezen voor bijstand door een advocaat. Die mogelijkheid blijft bestaan. Meer nog, hij kan zich laten bijstaan door beiden: zowel een arts als een advocaat. Tot nu kon hij maar bijstand krijgen van één persoon.
De betrokkene kan alle nutige inlichtingen van zijn zorgverleners bezorgen aan de deskundige. Vroeger ging het enkel om inlichtingen van artsen en psychologen. Maar ook informatie van andere zorgverleners kan nodig zijn voor het onderzoek, vandaar de uitbreiding.
Inwerkingtreding
De artikelen 146 tot 148 van de wet van 4 mei 2016 wijzigen de interneringswet van 5 mei 2014. Zij treden in werking op 23 mei 2016. De interneringswet zelf treedt maar in werking op 1 oktober 2016.
Bron: Wet van 4 mei 2016 houdende internering en diverse bepalingen inzake Justitie, BS 13 mei 2016 (art. 146?148 Potpourri III-wet)
Zie ook:
Wet van 5 mei 2014 betreffende de internering van personen (art. 5?7)